Humbeek 2 stond laatste na vier ronden maar toch was hun ploeg ongeveer even sterk volgens ELO. Wout had op bord één duidelijk niet zijn beste dag. Hij kreeg in een Smith-Morra gambiet een loperoffer op f7 tegen. Hij nam dit niet aan maar probeerde met de konig in het centrum tegenspel te krijgen. Dat tegenspel kwam echter nooit echt in zicht en de zwarte stelling ging snel van kwaad naar erger en tenslotte naar verlies. Dit werd snel gecompenseerd doordat Bart, op bord vier, met een tussenschaakje een toren won. Zwart kreeg wel een vrijpion op c2, maar kwam net één tempo tekort om te promoveren.
Jeroen speelde op bord drie als enige een erg gesloten stelling. Na veel manoeuvreren kon hij eerst één pion winnen, dan nog één en nog één. Uiteindelijk gaf wit dan maar op. De meest wisselende partij had Tobias op bord twee. Hij opende agressief en begon meteen een aanval tegen de zwarte stelling. Zwart had echter een onvoorzien tussenschaak, dat de aanval stopte en een pion won. In een TTP tegen TTL einspel had zwart dus een pion meer, maar zijn loper stond ingesloten op c8. Met veel kunst en vliegwerk eindigde het eindspel op remise. Nuttige wetenswaardigheid uit Dvoretsky’s eindspel manual: een paard kan zonder hulp een door de koning ondersteunde randpion tegenhouden indien het paard één van de velden in het pad van de pion, ander dan het promotieveld, kan aanvallen. Op een dag kan zo’n informatie een matchwinst opleveren! 1.5-2.5