In reeks 1 werden deze week twee partijen gespeeld. Daniel en er kwam dan ook een hele pot theorie op het bord, met ruimtevoordeel voor wit. Pas toen hij een mindere zet deed, wist zwart het initiatief over te nemen. Hij kon kiezen tussen pion- en kwaliteitswinst en koos voor het tweede. Achteraf bekeken niet de beste keuze, want nu was het weer aan wit om te gaan drukken. Uiteindelijk gaf zwart de kwaliteit terug om een eindspel van paard en 3 pionnen tegen paard en 2 pionnen te winnen. Ook Jan kreeg een goed voorbereide tegenstander tegenover zich en wist met wit tegen Tobias geen voordeel uit de opening te halen. Zo ging de partij een tijdje gelijk op. Toen zwart zijn hand overspeelde op de damevleugel vloog de stelling plots in brand. Wit verzuimde pîonnen te ruilen, wat hem een klein voordeel en een duidelijk plan had opgeleverd. Wat dan op het bord kwam, was voor beide spelers achteraf bekeken niet echt de bedoeling en het spel werd bijzonder complex. Wit won wel een stuk, maar kreeg drie opgerukte pionnen tegenover zich en vond geen plan om zijn stukken beter te doen samenwerken. Toen hij ook na een tweede mindere zet van zwart overzag dat hij een van de opgerukte pionnen kon winnen, was het over en out. De pionnen bleken sterker dan het extra stuk.
Als niemand het dan doet,doe ik het maar.
Wat geschiedde er tijdens de laatste speeldag in groep 1 ?
In de laatst gespeelde kompetitiewedstrijden in Groep 1 van het clubkampioenschap werd er fel gestreden.
Zo diende favoriet Daniel Sadkovski met zwart de duimen te leggen voor Nikolaas Verhulst in een moeilijk Dame + Toren tegen Dame + Toren eindspel na een langgerekte strijd.
Bij de partij P.Broekmans-Pascal De Kaey werd,volgens mij,de eerlijkheid niet gediend.In een remisestand ,wit kon probleemloos de zetten herhalen indien hij dit wou,verblunderde wit een kostbare pion waarna hij een verloren eindspel binnenzeilde.Echter,Pascal ging even verder in de fout en wit kon zowaar nog op zet 44 met wit Ke3 spelen,waarna zwart in alle varianten zou verloren hebben.Wit zag deze wending vanwege vermoeidheid niet,speelde op zet 44 h6 en verloor nadien nog op één tempo.
Van de derde partij hebben we niet veel gezien;daarom volstaat het te zeggen dat zwart,Van Den Brande,deze partij won.
Dit is een raar stukje verslaggeving, Patrik. Ik dacht dat Daniel en Nikolaas een ladder partij speelden, dat had met het CK niets te maken. En wat die partij betreft tegen Pascal vermoed ik dat alles gereduceerd dient te worden tot de quote de voorlaatste blunder wint.
Oneerlijk ? Zelfs de VAR ziet hier geen buitenspel. Misschien moet je toch wat afremmen op krachttermen als oneerlijk, vooraleer ze als een boemerang bij je terugkomen.
O.K.,de partij Nikolaas Verhulst-Daniel Sadkovski was een partij voor het Laddercriterium, en niet een partij voor het clubkampioenschap.Daar was ik verkeerd in.
Daarentegen vind ik het helemaal niet raar als je een bepaalde,moeilijke stelling in vermoeide toestand verkeerd beoordeelt als je ervan overtuigd bent dat je deze stelling in uitgeruste toestand wel juist zult kunnen evalueren.
Volgens mij dient niet alles herleid te worden tot de boutade ´de laatste blunder verliest ´.Ik vind persoonlijk de term onrechtvaardig´hier wel degelijk op zijn plaats.
En de woorden ´oneerlijk´ en ´onrechtvaardig´ vind ik in sportverslagen geen krachttermen.
Maar kom,laten we geen eindeloze polemiek starten.
Oké, geen polemiek starten, prima, maar dit ei moet ik toch wel kwijt.
In een verslag horen termen als ‘oneerlijk’ en ‘onrechtvaardig’ niet thuis, met name als je hebt over je eigen partij/verlies. Uiteraard mag je denken wat je wilt, maar als verslaggever mag je het niet altijd zeggen. Of de winst van de ene of het verlies van de andere “verdiend” is, “fair”, “rechtvaardig” (en meer van dat) is, kun je desgevallend alleen maar kwijt over anderen, niet over jezelf, en dan alleen nog voor zover het niet je persoonlijke voorkeur betreft, want je moet de dingen zo neutraal mogelijk bekijken. En als je toch zo onverdiend verloren hebt dat je tegenstander dat ook meteen na de partij zelf in alle toonaarden te kennen geeft, dan laat je in je verslag je tegenstander dat zeggen (bv. “Pascal erkende meteen dat …”), maar je zegt het niet zelf. Als betrokken partij blijf je het liefst totaal op de vlakte over je eigen merites.
Twee. Als “niemand” een verslag schrijft, is dat niet meteen het sein om dat zelf te gaan doen. Er zijn min of meer ‘vaste’ verslaggevers die dat op zich nemen, tenminste als ze er op de clubavond zelf bij zijn. Een verslag is ook geen noodzaak: als het er is prima, is het er niet, dan vind je de uitslagen en de stand op de gebruikelijke plaats (“Toernooien” > “Clubkampioenschap”). Je ontgoocheling (of vreugde) omtrent resultaat kun je kwijt aan de bekende toog.
O.K.,Herman,laten we daarom de partij Broekmans-Pascal De Kaey eens op drie fasen van de gehele partij analyseren.
Stelling 1 : Wit:Kg2-Db8-Pd2-pionnen op a3,c4,d5,e4,f4,g2 en h2.Zwxart : Kg7-Da5-Pf6-pionnen op a4,c5,d6,e7,f7,g6 en h7.Wit aan zet speelde op zet 29.Db2 met remisepositie (herhaling van zetten).Ik kon later de zetten herhalen,zo ik dit wou.
Stelling 2 (deed zich voor in een latere fase in de partij): Wit:Kf3-pionnen op a3,c4,d5,f4 en g4.Zwart : Kf6-pionnen op a4,c5,d6,e7,g6 en h5.Zwart aan zet kon nu met 38…,h4 ! een glad gewonnen eindspel ingaan.Zwart verzuimt dit te doen en speelde echter 38…,e6.Daarna ging zwart nogmaals in de fout en vergooide zijn winststelling.
Even later ontstond stelling 3.
Stelling 3 (deed zich voor in een nog later stadium van de partij) : Wit : Kf4-pionnen op a3,d5 en h5.Zwart : Kf7-pionnen op a4,c4 en f5.Wit aan zet kon hier op zet 44.met Ke3 een elementair gewonnen pionneneindspel ingaan.
Als men deze zaken neutraal bekijkt zonder vooroordelen,dient men toch toe te geven dat men hier niet meer op de vlakte kan blijven.
Ik heb dit verslag ,voor alle duidelijkheid,niet geschreven uit noodzaak en ook niet uit ontgoocheling,maar wel om te tonen hoe complex dit eindspel wel was.
Hopelijk vinden de leden dat dit verslag er zijn mocht.
Beter een (persoonlijk getint) verslag dan helemaal GEEN verslag.
Patrik, daar gaat het niet om. Je mag nog 1000 keer met een analyse kunnen aantonen dat je zoveel kansen had op remise of winst, ergo dat het dus toch wel sneu is dat je dan verliest, maar in een “neutraal” verslag moet je nooit zelf gaan stellen dat je onverdiend verloren hebt, (het omgekeerde, zeggen dat je onverdiend gewonnen hebt, mag wel). Bovendien, als je niet minder dan drie volwaardige kansen op een zekere remise of winst verprutst, heb je eigenlijk weinig reden om je verlies als “niet eerlijk” te beschouwen. Als je als een prutser speelt, krijg je uiteindelijk “je verdiende loon”, d.i. het loon van een prutser, toch? Het is nogal selectief om enkel te kijken naar de momenten waarop je goed stond (en dat is niet altijd een verdienste, want dat hangt ook af van wat je tegenstander desgevallend fout deed) en je missers niet mee te tellen.
Tot slot, als je over een eigen partij praat, komt het oordeel over wie wat verdiende jou niet alleen toe. Nu lijkt het alsof je tegenstander in de zaak niets in de pap te brokken heeft en dat getuigt van weinig respect. Daarom zei ik al: als hij het spontaan met je eens is, laat hem dan zelf aan het woord in je verslag. En verder is het raadzaam om altijd voorzichtig te zijn met kwalificaties als “(niet) eerlijk” of “(on)verdiend”, ook bij partijen van anderen. Niemand verliest graag, maar net zo goed hoort niemand graag dat hij of zij “onverdiend won” of dat zijn/haar winst “niet eerlijk” was, zelfs als het waar is. Je kunt dus maar beter ook wat diplomatie betrachten in je oordeel, i.p.v. iedereen te confronteren met jouw persoonlijke invulling van wat nu wel of niet eerlijk is. En daar laat ik het bij, we praten wel eens verder bij een of andere consumptie ter toge één van de volgende dinsdagen.
Dit was de cruciale stelling waarin we verzeild waren geraakt, nadat ikzelf een gewonnen eindspel eerst had weggeblunderd :-).
Het is een perfect voorbeeld van hoe een eindspel met ieder ocharme drie pionnetjes enorm complex en mooi kan zijn.
Zowel wit (Patrik) als zwart (Pascal) beschikken over 2 vrijpionnen. Ook geldt voor beiden dat de koning maar één van beide pionnen kan tegenhouden. Het enige verschil is dat zwart op f7 een veld heeft waar hij niet schaak kan worden gezet tijdens promotie. Wit beschikt niet over zo’n veld.
Nadat wit hier 44.h6 speelde, kon zwart oprukken met 44… c3 45.Ke3 f4+ 46.Kd3 f3 47.h7 Kg7!
Winnend maar niet eenvoudig te vinden was echter 44.Ke3! De koning gaat rustig de c-pion ophalen en vervolgens de f-pion. Dit lukt alleen maar omdat de zwarte koning niet mag bewegen.
Mooi pionneneindspel! Ke3 is logisch, maar aan het eind van een partij inderdaad niet zo evident om te vinden.
Correctie : De partij voor het Laddertornooi Nikolaas Verhulst-Daniel Sadkovski is in remise geeindigd.Sorry,Daniel !