Na de remisebluesverzuchtingen van o.m. vorige week kwam er dinsdagavond weer wat schot in de zaak. Enkel Jan was bye, maar hij had al wel acht partijen gespeeld, de anderen speelden hun 8ste of 7de partij. Zoals altijd verliepen de confrontaties spannend en soms scherp, maar at the end of the day werden er, voor de verandering, twee winstpartijen genoteerd en twee remises. Dat grijpt in de stand een tikkeltje meer in dan de voorbije weken. En omdat we grotendeels halfweg zijn, kan er ook een tussentijdse balans af. _LEESMEER_
Opmerkelijk: in deze Brexittijden (nu ja, komt-ie-nog-of-niet) werd in drie van de vier partijen de liefde voor het Engels beleden. Enkel in Patrick–Guy kwam er iets anders op het bord, m.n. een raszuivere Grünfeld. Ook opmerkelijk: de avond was een stuk succesvoller voor zwart (2+, 2=) dan voor wit (2-, 2=).
Benny en Herman verzeilden in wat wel de Kramnik-Shirov Tegenaanval wordt genoemd. Zwart wist daarbij zijn stukken zodanig planmatig op te stellen dat wit moeite had om een plan te bedenken, al had een opstoot met b4 wellicht voor actiever spel gezorgd. Nu kon zwart vrijwel ongestoord opbouwen en op het juiste moment de aanval inzetten. Vervolgens ging de witte koningsloper verloren, voor twee zwarte pionnen en wat schaakjes, maar daarna was het zowat uit voor wit, die sportief capituleerde: 0-1.
Geen seconde later klonk, op één van de aangrenzende borden, het remisevoorstel van Mart, dat prompt werd aangenomen door Guy. Een aantal minuten eerder was het aanbod van de andere kant gekomen, maar vervolgens als nog te vroeg beoordeeld. Het zat er dus wel in. Even terug naar het begin. Met wit geen Hippo, zei Guy, en dus werd het Engels, waarbij Mart koos voor de Anglo-Grünfeldversie. Het evenwicht bleef echter lange tijd bewaard, en nadat er een aantal lichte stukken waren verdwenen zocht zwart nog naar spel op de e-lijn. Er bleek uiteindelijk niets te forceren, en dan was het niet onlogisch om de vrede ook te bezegelen, al was dat in twee keer: ½ – ½.
De andere twee partijen hielden de traditie van de reeks in ere dat ze zowat tot het laatst duurden. Patrick en Guy waren de eersten van die laatsten. Zoals gezegd kwam er een onvervalste Grünfeld op het bord, m.b. de ruilvariant. Dat leverde boeiend spel op, waarin zwart een vrijpionnenpaar wist te creëren op de damevleugel en wit tegenspel zocht tegen een enigszins ingesnoerde zwarte koningsstelling. Die laatste poging sloeg echter niet door en vervolgens bleek het zwarte overwicht op de damevleugel beslissend: 0-1.
De laatste strijders gingen helemaal richting tijdnood. Na zijn dubbele nederlaag in één week vorig jaar had Carlo een eitje te pellen met Jan, maar uiteraard ging die de eipellerij niet gewillig ondergaan. Het Engels van wit werd symmetrisch beantwoord door zwart, tot Carlo d4 opspeelde, precies op het moment dat je het van hem verwacht – overigens ook het geëigende moment. Halverwege leek wit goede kansen te hebben om het laken naar zich toe te trekken, maar toen zich, in de al betere stelling, een kwaliteit aandiende, ging hij er niet op in, op zoek naar beters en beducht voor het desgevallend resulterende zwarte loperpaar en tegendreigingen alom. Uiteindelijk hield hij aan zijn aanvallende inspanningen een pluspion over, met dame en loper nog op het bord, niet het soort stelling dat je in de tijdnoodfase simpelweg converteert, mocht dat überhaupt kunnen. Remise was dan ook niet meer zo verrassend: ½ – ½.
Halfweg, tijd voor een balans en wat herfsttooi. Grosso modo is de heenronde afgewerkt. Er zijn nog wel enkele partijen te spelen – 4 deelnemers hebben nog een 8ste partij voor de boeg – maar voor een balans nu al maakt dat niet zoveel uit. Toch zit het wat ingewikkelder, omdat er al één partij uit de terugronde is gespeeld, nl. Patrick–Jan, die eigenlijk niet mag meetellen, en beiden nog een heenrondepartij moeten spelen die wel verrekend moet worden. Er is echter maar één geval dat er toe doet, dus kunnen we de overige inhaaltoestanden buiten beschouwing laten.
Met z’n zege wipt Herman over Jan naar de eerste plaats en mag hij zich onbedreigd herfstkampioen wanen. De woordkeuze is van belang, want het ene geval waarvan zonet sprake is als Jan het halfje van zijn terugrondepartij kan inruilen voor een heeltje uit zijn nu nog te spelen heenrondepartij. Hij zou dan ook op 6/8 komen en officieel medeherfstkampioen zijn. Bij verlies echter gaat hij een heel halfje achteruit, naar 5/8 en een vol punt achter de leider, die dat desgevallend “mooi meegenomen” zou kunnen vinden.
Verder kan, binnen de grenzen van de heenronde, niemand nog tot bij Herman springen. Carlo of Guy, intussen gelijk op plek 3 (4,5/7) kunnen tot op een halfje komen, maar de interessante bijkomstigheid is dat ze tegen elkaar moeten in hun inhaalpartij, zodat de winst van de ene de ander vol achteruitzet en remise beiden niet verder brengt dan een vol punt achterstand.
Daarmee hebben we “het kwartet” behandeld, want veel belangrijker dan die pro forma herfsttitel, is de vaststelling dat er zich bovenaan een viertal heeft gevormd dat nog altijd ongeslagen is en onderling uitsluitend remises uitwisselt. Het onderlinge verschil is klein en al even uitsluitend tot stand gebracht tegen niet-kwartetleden. Veel is er niet voor nodig – nu ja, ten minste een overwinning tegen een concurrerend lid, maar dat is vooralsnog ongedaan – om haasje-over-en-weer te doen in het kwartet, dus prognoses op wat langere termijn zijn redelijk ondoenbaar: het kan nog alle (vier)kanten uit. Volgende week wordt alvast weer superinteressant: de nummers 1 en 2 spelen tegen elkaar, en de nummers 3 en 4 doen dat ook. Aan topmatchen geen gebrek!
Achter het kwartet is er een middenmoot, gevormd door Guy en Jan, die pal op 50% zitten. Niet beestig ver van de top, ook niet compleet buiten bereik van wie volgt. En dan is er een achterhoede, geleid door Mart, die nog een inhaalwedstrijd te goed heeft en zo misschien wel aansluiting vindt bij de middenmoot. Benny en Patrick sluiten de rij.
De eerste teerlingen zijn geworpen, maar er volgt nog een (nagenoeg) volledige terugronde. Niet alles kan nog, maar veel kan nog wel. To be continued …