Kandidatentornooi, R13-14. De nieuwe (uitdager) is de oude, dat stond al vrijwel vast voor die laatste twee ronden. Niemand die er echt rekening mee hield dat Nepomniachtchi niet ten minste één halfje zou scoren in z’n twee slotpartijen. Voor het thema spanning zorgden veeleer de naaste (hoewel niet zó naast) achtervolgers, met de strijd om plaats 2, die mogelijk nog wat kon opleveren als Carlsen effectief zou besluiten om zijn kroon niet te verdedigen. In dat geval is de oude (champ) straks niet de nieuwe, maar is er een nieuwe, ook al vindt iedereen de oude beter.
Ronde 13. Laten we maar beginnen met wat eindigt. Het kostte Nepomniachtchi in een Richter-Rauzer-Siciliaan tegen Rapport niet wereldschokkend veel moeite om een stelling te bereiken waarin naar hartenlust kon worden afgeruild, naar een eindspel “dat wit alleen opzettelijk kon verliezen”. Het halfje was dus binnen, Nepomniachtchi wint voor de tweede keer op rij het Kandidatentornooi en mag Carlsen opnieuw uitdagen. Het is geen kwestie van mogen natuurlijk, formeel is de uitdaging al een feit, alleen moet de titelstrijd zelf nog plaatsvinden (naar verluidt begin 2023).
De vier pony’s van de vorige keer werden er twee. Nakamura had niet gerekend op een Najdorf, maar kwam tegen Duda allerminst slecht uit de opening. Niettemin bleek hij de stelling een paar keer heel anders in te schatten dan de digitale betweter en zo omstreeks zet 30 wist de Pool het initiatief naar zich toe trekken. Maar Duda overschatte de zaak en Nakamura kwam terug in de partij. Tijdnood bracht allerminst soelaas: met een te haastige zet bezegelde Duda het eigen lot, zodat Nakamura het volle punt binnenhaalde en meteen, gelet op de andere uitslagen, een stevige optie nam op de 2de plaats.
De andere pony was Ding, die van Firouzja een Vierpaardenspel getrakteerd kreeg, maar niettemin probeerde daar iets creatiefs mee te doen. Een verrassend pionoffer (20. … h5) leidde een afwikkeling in waarin Firouzja zijn loper gaf voor twee pionnen, maar meer dan compensatie zat er niet in. Ding schuift dus een halfje verder en wordt daarmee ongedeeld derde, op de kleinst mogelijke afstand van Nakamura. Dat belooft: morgen spelen de nummers 2 en 3 tegen elkaar voor de begeerde runner-uppositie.
De twee anderen die nog mee hadden kunnen bakkeleien voor stek 2 gaven elkaar partij en niets toe. Caruana’s huiswerk bleek weer wel opmerkelijk, maar Radjabov ging niet all-in op de pionoffers van de Amerikaan en speelde op veilig. Het resulteerde in zetherhaling omstreeks de 30ste zet en, in één moeite, de mathematische uitschakeling van beiden voor de 2de plaats.
Ronde 14. Oftewel het einde van dit energievretende, zenuwslopende en bikkelharde tornooi, waar winnaar Nepomniachtchi naar eigen zeggen al dágen naar uitkeek. Om met hem te beginnen: ook in zijn 14de partij bleef hij ongeslagen (9,5/14), al liet Duda hem nog meer dan aardig werken voor zijn geld. Sportief wel, want de Pool had na zijn tegenvallend tornooi kunnen kiezen voor een snel halfje, maar deed dat niet en ging voluit voor het gevecht.
“Een goede partij van mensen die moe zijn”, zo omschreef Radjabov zijn confrontatie met Rapport. De Azerbeidzjaan, die met een gratis ticket in het tornooi verzeild was geraakt en in de eerste helft ervan behoorlijk slap uit de verf was gekomen, boekte nu al zijn 3de zege en eindigt op een gedeelde 3de plaats (7,5/14). Rapport wordt gedeeld laatste met Duda (5,5/14).
Na zijn dramatische neergang van de voorbije dagen leek Caruana tegen Firouzja weer op een zege af te stevenen, maar twee dubieuze pionzetten gaven de ander de kans op stevig tegenspel en alsof dat niet genoeg was liep het helemaal uit de hand voor de Amerikaan. Hij leek het eerst nog te redden, maar een misser net voor de tweede tijdcontrole werd hem fataal. Een troosteloze 5de plaats (6,5/14) voor één van de grote favorieten, net voor groot talent Firouzja (6/14), die al evenzeer onder de maat bleef.
De kamp van de dag was natuurlijk Ding–Nakamura. Het begon niet slecht voor de Amerikaan, die echter verzuimde om de torens te ruilen op de 18de zet, waarna Ding dat subtiel verhinderde. Wellicht kon dat nog geen kwaad, oordeelde Nakamura, “maar ik was boos op mezelf”. Wit had iets, maar niet veel, maar toen Nakamura nogmaals torenruil uit de weg ging, zat Ding voorgoed aan het stuur. Toch was er nog een allerlaatste kansje om de meubelen te redden, maar Nakamura miste het. Daarmee wipt Ding over de Amerikaan naar een ongedeelde 2de plaats (8/14), met recht op een WK-match met Nepomniachtchi, mocht Carlsen verstek laten gaan. Nakamura eindigt op een gedeelde 3de plaats met Radjabov (7,5/14).
Tot besluit. Dat Nepomniachtchi met zo’n vertoon het tornooi zou winnen, was niet echt voorspeld, maar de gedoodverfde favorieten lieten het, al dan niet serieus, afweten. Om deze te noemen: Caruana ging in de tweede tornooihelft zwaar kopje onder, Firouzja zakte door het ijs en Ding wist zich na een slap begin wel te herpakken, maar te laat om mee te doen voor de eindwinst. De enige die het hoofd moeiteloos en ver boven water hield was Nepomniachtchi, die op constant niveau bleef presteren en de indruk creëerde dat de concurrentie gewoon een maat te klein was.
De zaak der zaken nu: speelt Carlsen straks voor de tweede keer om de titel tegen Nepomniachtchi? Zelf hield hij zich, met de glimlach weliswaar, op de vlakte: “We’ll see.” Toch zijn er geruchten dat hij in Madrid een paar keren met de FIDE-top is komen praten over (voorwaarden voor) een nieuwe WK-match(*). Anderen lijken hem meestal niet erg te geloven als hij zegt misschien niet te zullen spelen. Wat daarvan is: het is moeilijk voorstelbaar dat Carlsen niet gauw duidelijkheid verschaft. Men moet zich immers kunnen voorbereiden op een WK-match, en Nepomniachtchi én Ding in het ongewisse laten omtrent wat hij van plan is, is verre van sportief. Ik schat dat hij nu dus een beetje komedie speelt – laat ze maar wat raden naar wat ik zal doen – en dat de insiders al op de hoogte zijn. Hoe langer het duurt voor we iets vernemen, hoe zekerder dat hij zal spelen. En sowieso lijken beide opties mij niet leuk voor hem: opnieuw tegen Nepomniachtchi, die hij al verslagen heeft, of Ding, die hij nog niet heeft verslagen, de kans geven wereldkampioen te worden zonder er zelf tegen te kunnen spelen. Ik denk dat hij, puntje bij paaltje, de eerste optie kiest. Het zou weleens een tikkeltje uitdagender kunnen zijn dan de vorige keer …
(*) UPDATE: Naar verluidt zou Carlsen tegen 20 juli, Internationale Dag van het Schaken, moeten bekendmaken of hij al dan niet speelt. Zijn gesprek met FIDE-topmensen zou gegaan zijn over mogelijke aanpassingen van het matchformat.