De laatste weken was het nogal stilletjes wat tornooien verslaan betreft, en dat lag niet aan het aantal of de kwaliteit van die zaken – en ook niet aan Coronation Street – maar meer aan een trop-is-te-veelgevoel bij ondergetekende. Aan de andere kant, chess life goes on (enfin, dachten we tot voor kort) en voor je het weet, volgt er alweer iets nog belangrijkers, zoals het kandidatentornooi binnenkort. In afwachting nog snel een flitsende blik op wat de voorbije weken zoal is gebeurd. _LEESMEER_
Eind januari en gedeeltelijk samenvallend met Tata Steel in Wijk aan Zee was er Gibraltar (Gibraltar Masters, International Chess Festival 2020), de fameuze topper onder de jaarlijkse open tornooien, vorig jaar gewonnen door Artemiev, en Tan bij de dames. De inschrijvingen werden afgesloten bij 212 participanten (m/v), die elkaar in 10 Zwitserse ronden mochten bekampen. Met niet minder dan 7 eindigden de besten op de eerste stek, in volgorde van TPR Esipenko, Wang, Yuffa, Paravyan, Vachier-Lagrave, Navara en Yilmaz.
Volgens het reglement moesten vervolgens de 4 best gerangschikten (Vachier-Lagrave viel met één enkel TPR-punt uit de boot, de 21-jarige Rus Paravyan viel er op dezelfde wijze net in) een tiebreak afwerken. In de eerste halve finale maakten Esipenko en Paravyan er een nagelbijtende bedoening van, tot Armageddon toe, waarin laatstgenoemde zegevierde. Op z’n beurt had Wang aan een droge 2-0 tegen Yuffa genoeg om zich te plaatsen voor de finale. Niet onverwacht ging Wang, kandidatenmateriaal toch, er stevig tegenaan in de eerste finalepartij, maar Paravyan overleefde en sloeg ook gevat terug, met winst tot gevolg. Dat volstond, want in de tweede partij, een must-win (met zwart), kon Wang het tij niet keren, en berustte hij tot slot sportief in remise. En zo werd Paravyan dus de wat verrassende winnaar van Gibraltar 2020.
In dezelfde gemengde groep was ook een prijs voorzien voor de beste dame. Die had geen play-off nodig, maar het verloop van de vrouwelijke titelstrijd was er niet minder spannend om. Na een sterk slot kroonde de Chinese Tan zich voor de tweede keer op rij tot de winnares bij de dames, met 7/10. Tot overmaat van Chinese pret werd haar landgenote, kamergenote en goede vriendin Lei, helemaal alleen 2de, met 6,5/10. Grappig detail: in een interview naderhand (met Tania Sachdev) speelde Lei tolk Chinees-Engels (en vice versa) voor Tan, en het ging er daarbij erg vrolijk aan toe, mede wellicht omdat Tan toen pas vernam dat die eerste stek nu £ 20.000 waard was, t.o. £ 15.000 vorig jaar.
In februari volgde de 2de editie van de Cairns Cup, het damesequivalent van de Sinquefield Cup bij de heren, waarover ik u destijds al inleidend berichtte maar verder in het ongewisse liet. Laat ik u dan nu snel in het gewisse brengen. Sinds ze haar schaakcarrière weer opnam, na een onderbreking van goed twee jaar om voor haar dochtertje Ahana te zorgen, stoomt Humpy Koneru haast onhoudbaar door naar de damestop: 1ste in GP Skolkovo, 2de in GP Monaco, wereldkampioene Rapid en nu ongedeeld winnares van de Cairns Cup, ondanks een vroege nederlaag tegen Mariya Muzychuk, die uiteindelijk 3de werd (ex aequo met Kosteniuk, maar met betere TB). Wereldkampioene Ju nestelde zich op de 2de plaats, met één zege minder dan Koneru, en met ook één enkele nederlaag, zie meteen. Het 16-jarige Amerikaanse talent Carissa Yip had het in dit sterke veld aanvankelijk niet makkelijk, getuige haar 0/4, maar had een opmerkelijke remonte in petto, met 4/5, inclusief een zege tegen, jawel, Ju.
Nog een 2de editie was die van Praag (Prague Masters, International Chess Festival 2020), vanaf half februari. En huppakee, corona time! Concreet: op het laatste moment werd Wei, die niet uit China weg mocht, vervangen door Firouzja, die Iran al een tijdje gedag had gezegd. Niet bepaald onbelangrijk, want diezelfde Firouzja, nog altijd maar 16 en al bijzonder spraakmakend bezig de laatste tijd, wist het tornooi (gemiddeld 2707 nota bene) ook te winnen. Daar leek het aanvankelijk niet op, want in de eerste helft leek Vidit onweerstaanbaar op de eindzege af te stevenen, en uitgerekend de latere tornooiwinnaar was één van z’n slachtoffers. In de voorlaatste ronde echter krabbelde Navara recht uit een verloren stelling om Vidit alsnog een nul te bezorgen. En tot slot kreeg de Indiër ook nog een oplawaai van Duda, terwijl een simpele remise al volstaan zou hebben voor tornooiwinst.
Het eindresultaat was verrassend: een 5/9 volstond voor een gedeelde eerste plaats, en de delers waren met 5: Vidit, Firouzja, Duda, Shankland en Anton Guijarro. Enkel de eerste twee, de spelers met de beste TB-scores, kwamen in aanmerking voor de play-off. Daar kreeg Vidit de laatste rekening gepresenteerd: de jonge Firouzja toonde zich de betere in een scherp tactisch gevecht in de eerste partij en hield prima stand in de tweede, waar Vidit alles uit de kast probeerde te halen, maar tot slot verloor op tijd. Van deze Firouzja hebben we het laatste nog niet gezien …
In de eerste helft van maart ten slotte betwistten de dames het 3de luik van hun Grand Prix kwartet, de Women’s Grand Prix van Lausanne. Die is net afgelopen, dus die krijgt u nog redelijk vers van de pers.
Interessant om weten, of althans niet te vergeten, is dat de dames maximaal aan 3 van de 4 luiken van de Grand Prix deelnemen. Wie dus nu voor de 3de keer deelneemt, heeft na afloop meteen ook haar eindscore te pakken. Aangezien de eerste twee van de GP een ticket verdienen voor het volgende kandidatestornooi, kan iedere pretendente maar beter nu al een score neerzetten die niet of moeilijk verbeterd kan worden.
Opvallend, de eerste triomfen vielen in de 2de ronde, ook al was er voordien aan strijd geen gebrek, en de winnaressen van het eerste uur (figuurlijk, dan) zaten in de laatste ronde tegenover elkaar voor de eindzege. Edoch, Dzagnidze en Goryachkina, die allebei, resp. in ronden 9 en 10, wereldkampioene Ju wisten te vloeren, hielden het bij een simpele en snelle remise. De net 20 jaar geworden Kazakse Abdumalik, momenteel nog nummer 1 bij de meisjes tot (en met) 20, moest dus winnen om gelijk te komen, maar kwam tegen de Française Sebag niet verder dan (een nog snellere) remise[1]. Dzagnidze en Goryachkina gedeeld eerste, dus, maar pro forma kreeg eerstgenoemde de eer omdat ze een keer meer gewonnen had. Gek eigenlijk, want ook een keer meer verloren: Goryachkina was de enige die ongeslagen was gebleven. Tja. Verder nog te vermelden: de voortreffelijk presterende Kashlinskaya, aka mevrouw Wojtaszek, werd knap 4de, zij het ex-aequo met Anna Muzychuk.
In de GP-stand staat Goryachkina nu stevig aan de leiding (398 punten), maar zoals boven aangekondigd, het gaat hier om haar eindscore: ze heeft haar 3 luiken afgewerkt, in het 4de neemt ze niet meer deel. Koneru staat, met 2 deelnames, op de 2de plaats (293) en kan via haar 3de luik (Sardinië) “makkelijk” haasje-over doen met de Russische: een 1ste, 2de of 3de plaats volstaat (want 160, 130, 110 punten waard), ten minste zolang er geen ex-aequo’s zijn. Hoe dan ook, het kan bijna niet anders of één van de tickets is voor haar: Goryachkina is als ex-uitdaagster al geplaatst en telt dus niet mee.
Kosteniuk, 3de voorlopig (193 punten), komt niet meer in aanmerking: haar 3 luiken zitten erop, de eerste twee plaatsen zijn buiten bereik, omdat ze maar 13 punten voorsprong heeft op nummers 4 en 5, Dzagnidze en Lagno (om maar te zwijgen van nog een rits anderen die niet veel verder volgen) en dat die in luik 4 niet beiden op de laatste plaats kunnen eindigen: één van de twee zal dus minstens 20 punten sprokkelen, en zijn ze toch gedeeld laatste, dan krijgen ze beiden 15 punten. Laten die twee het echter voldoende afweten, dan maken ook de zusjes Muzychuk (Anna, 7de, 165) en Mariya, 10de, 120) nog kans, evenals Kashlinskaya (9de, 130). Mathematisch kan het daarna ook nog wel, maar er zijn hoe langer hoe meer concurrentes die het dan allemaal slechter moeten doen en dat is almaar minder evident. Terloops, als u de 8ste plaats hebt gemist, dat is Ju (155), maar als wereldkampioene telt die ook niet mee voor de tickets.
Voilà, zo bent u weer mee, en klaar voor het kandidatentornooi bij de heren, dat op 17 maart van start gaat, mét Vachier-Lagrave i.p.v. Radjabov (zie een vorig bericht) en “met alle Chinezen” (Ding en Wang), de ene na een 14-daagse quarantaine ergens bij Moskou, de andere linea recta uit (niet China maar) Japan. Verder uiteraard Caruana, Giri en de drie Russen, Grischuk, Nepomniachtchi en (op-papier-zwakke-eend-in-de-bijt) Alekseenko. Als u het mij vraagt, maar dat doet u niet, dan gaat het tussen Caruana en Ding, met Grischuk als eerste outsider. Er zijn er nog, maar als ik iedereen begin te noemen, dan heb ik nadien “het altijd wel gezegd” en dus in wezen niets. Doe mij dus maar Caruana. Of Ding. Of …
[1] Op de foto naast een official en v.l.n.r.: Dzagnidze, Goryachkina en Abdumalik.