De simultaan van de clubkampioen, een traditie in onze club, kon gisterenavond ei zo na niet doorgaan zoals gepland. 21 leden (-1850 ELO) keken al reikhalzend uit naar de confrontatie met Daniel, maar die kwam met razende tandpijn de zaal in en wist niet zeker of hij zou spelen. Pijnstiller genomen? Ja, twee zelfs, maar ze moeten nog beginnen werken. We bouwden een academisch kwartiertje in, waarna Daniel besloot toch zijn simultaanpartijen te spelen. ‘Dat leidt me een beetje af’, zei hij. Na afloop mochten we een ding onthouden: tandpijn lijkt ideaal te zijn om goed te spelen, want Daniel won 19 van de 21 partijen, speelde 1 remise en verloor 1 partij. Een veel hogere score is nauwelijks denkbaar.

Hoewel de einduitslag het doet vermoeden, was het toch geen instant walkover. Daniel moest volop aan de bak en elke partij moest overtuigend gewonnen worden. Ter illustratie: om 22 uur waren nog maar twee partijen afgelopen (2-0, met onder andere een verrassend snelle zege tegen Herman) en om 23 uur zeven (7-0). Vanaf dan ging het tempo echter de hoogte in en dat is geen verrassing bij een simultaan: hoe meer partijen erop zitten, hoe sneller de simultaanspeler terug aan je bord staat en dan slaat het niveauverschil onvermijdelijk door. Bovendien stond Daniel op meerdere borden dan al materiaal voor of hij had duidelijk positioneel voordeel. Als toeschouwers gokten we op dat moment op een viertal remises, met name voor Ronny, Lars, Vedat en Gert, terwijl we – eerlijk is eerlijk – de stelling van Jan als compleet verloren afdeden. Maar dat draaide dus anders uit. Jan wist via een tactische verdediging in de stelling een half punt uit de brand te slepen en Vedat won zelfs zijn partij! Ronny en Lars bezweken dan weer onder de druk. Iets na middernacht was de simultaan afgelopen, met het gekende resultaat. En de tandpijn? ‘Die is al minder’, zei Daniel, ‘Ik ben blij dat ik toch gespeeld heb.’

Hieronder als smaakmaker een aantal stellingen. Oplossingen mag je altijd in de commentaarbox achterlaten. We beginnen – ere wie ere toekomt – met de enige twee spelers die niet verloren. Wie zijn stelling ook graag op deze pagina wil terugzien: stuur ze gerust door!

  1. Partij tegen Jan: wit staat een stuk achter maar dreigt zowel de dame op b7 te pakken als het paard op e5, waarna hij met een pluspion en de betere stelling op winst komt te staan. Maar zwart is aan zet. Hoe maakt hij remise?

2. Partij tegen Vedat: zwart heeft een pion meer en staat overwegend. Met welke zet beslist hij de partij?

3. Partij tegen Gert: zwart kwam slecht uit de opening maar lijkt zich uit de nesten te hebben gewerkt. Of toch niet? Wat is het plan van wit en hoe bereikt hij voordeel?

4. Partij tegen Jasper: wit heeft net Tac1 gespeeld, waarop zwart de pion op a5 pakte en zo zijn materiaalachterstand herleidde tot één pion. Maar de torenzet bevat meer venijn dan zwart vermoedde. Met welke zet weerlegt wit zwarts Lxa5?

5. Partij tegen Freddy: Ergens is het serieus misgelopen voor zwart, want hij staat een twee stukken achter. Wint hij er een terug met Lxe4, zoals in de partij?

6. Partij tegen Gert (vervolg van stelling 3): We zijn een eindje verder in de partij. Zwart heeft net exf3 gespeeld. Wit pakte de pion terug, maar bedacht zich (het recht van elke simultaanspeler), omdat hij een betere zet zag die meteen beslissend is (tenzij je de computer erop loslaat). Welke zet bedoelen we?

8 reactie op “Tandpijn? Speel eens een simultaan…”
  1. Proficiat aan Daniel, Vedat, Jan en aan de organisatoren!
    2. De partij van Vedat: ik zou als zwart graag mijn dame actiever maken. Df5 zet druk op de toren en op f2. Of dat wint tegen een FM durf ik wel niet te zeggen…

  2. Ik vond het enorm tof! Tot zet 36 stond er nog exact remise op het bord (aldus Stockfish). Echter waren er toen nog maar een handjevol spelers over en kwam Daniel steeds veel te snel terug aan mijn bord, waardoor ik de comfortabele bedenktijd verloren was. Op zet 37 dacht ik eindelijk een pion te kunnen winnen en zelf een doorgebroken pion te hebben, maar dit bleek een fout en het spel ging van 0.0 naar +4.2. Niet veel later kon Daniel er een strik rond doen.

  3. Knowing that Daniel was playing against 21 players simultaneously, I thought he would get tired at some point. That’s why I kept most of my pieces on the board and maintained a complex position. It was impressive to see how he reacted to all my tactics while standing in front of the board for such short periods.
    1. match with Jan: I would simply move Qb6. He can not take the Qxe5 as Qxa7 would be on the board. with continuation Nxa7 Rb1#

  4. Freddy mag het paard van F6 iig niet meetellen als aanvaller ivm Dxf7+ en door de machtige loper op de bij ons leken ongebruikelijke a1

  5. Veel respect voor Daniël, want voor de meeste van de punten moest hij echt wel werken. Leuk om een keer tegen dit niveau te kunnen spelen. Wat ik geleerd heb: een eindspel dat je met -1 ingaat kun je als mens niet houden tegen een FM 🙂
    Bij stelling 6: na e7+, Kxe7, Te6+ valt het paard, maar ben je als wit wel je meest vooruitgeschoven pion kwijt.
    Is hier een betere zet?

  6. @Patrick: tevens gaat dan de witte g-pion van het bord en telt de koningsvleugel dan alleen nog maar zwarte pionnen. Voor een FM waarschijnlijk wel voldoende om te winnen, maar ik zou als wit toch nog niet op 2 oren slapen

  7. De gesuggereerde oplossingen bij de stellingen zijn correct, well done! Hier de volledige uitleg:
    1. Partij tegen Jan: 1…Db6 is inderdaad verplicht maar ook voldoende voor remise (2.Ta6 Db7 3.Ta7 = herhaling van zetten). Na echter 2.De5?? wint zwart: 2…Dxb7! 3.Pxb7 Tb1 mat!
    2. Partij tegen Vedat: 1…Df5 wint een kwaliteit, want de toren moet naar e2 om f2 te dekken, waarop Pxe2 volgt met bovendien een pluspion en overwegende stelling. 2.De1 faalt op Pf3+ met damewinst.
    3. Partij tegen Gert: het plan van wit bestaat erin zijn meerderheid in het centrum om te zetten in een vrijpion en de opmars daarvan te ondersteunen met zijn paard en toren. Vanuit deze stelling ging het verder met: 26. Ne2 Bf7 27. Nf4 Ng4 28. Rab1 Ne5 29. Kf1 Rd7 30. Ne6+ Bxe6 31. dxe6 Rxd1+ 32. Rxd1 Ke7 33. Rd5 Kf6 34. f3 c6 35. Rd6 exf3 en zie nu stelling 6.
    4. Partij tegen Jasper: wit speelde 1.Lf3! met als pointe dat hij altijd de kwaliteit wint, want behalve Lxf3 dreigt hij ook Lg4+ Wits eerdere, op het eerste gezicht pionverliezende zet Tac1 ontneemt de zK alle vluchtvelden.
    5. Partij tegen Freddy: Mark merkt terecht op dat Pf6 niet meetelt als verdediger, omdat na 1…Pxe4 2.Dxf7+ gevolgd door 3.Df8+! de partij beslist. Zwart moet dus berusten bij stukverlies en gaf dan ook op.
    6. Partij tegen Gert (bis): Wit speelde 1.e7+ waarna zwart opgaf. Terecht wordt opgemerkt dat de partij niet uit is. Na 1…Kxe7 2.Te6+ Kf8 3.Txe5 fxg2+ 4.Kxg2 heeft zwart drie verbonden pluspionnen voor het stuk. De computer vindt de stelling zelfs gelijk, maar speel dat maar eens in een simultaan…

Een reactie achterlaten

Off topic reactie | Meld een fout/klacht | Gedragscode

Opgelet, je bent niet ingelogd. Je reactie zal mogelijk eerst moeten worden goedgekeurd door de webmaster vooraleer ze op de website verschijnt.

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *