Zoals in het verslag van SKOG 2 valt te lezen, doen de vrienden van Lier dit seizoen een ‘Oudegoddeke’: ze laten, met het oog op gunstiger promotiekansen, hun tweede ploeg door het leven gaan als ChessLooks1 en hun eerste als ChessLooks2. Wie, met een pijnlijk (nu ja) zwaar CK op zijn boterham, dus gedacht had dat de tegenstand op zondag misschien een tikkeltje lichter zou uitvallen dan op dinsdagavond, werd meteen ruw uit zijn dromen geflikkerd. Weer 250 ELO in het krijt! Voor het team ging het gemiddeld om een deficit van 257 ELO, dus we zaten met z’n allen in hetzelfde schuitje, zij het dat het individuele verschil soms nog wat groter, soms een ietsje minder was. Maar goed, alles moest eerst gespeeld worden natuurlijk.
Jan, met wit op bord 4, was het eerst klaar. Na een Siciliaanse ouverture wist hij de aanvallende impulsen van zijn tegenstander goed te neutraliseren. De partij bleef in evenwicht en zo was het eerste halve punt al spoedig verdiend. Een flinke tijd later moest 1ste bord Jeroen, die zijn Aljechin in de strijd had gegooid, de wet van de sterkste (+350 ELO) ondergaan. Kort daarna haalde Wout op bord 2 het hele punt binnen, na een spannende partij, waarin zijn tegenstander naar het einde toe iets gemist had. Dat deed de hoop weer even opflakkeren, want als bord 3 nog het minimaalste zou kunnen sprokkelen, zou de ontmoeting nog op een gelijkspel kunnen uitlopen. Dat zat er toen echter al niet meer in: Herman had in de (Engelse) opening al een pion laten inpikken, en zag intussen, ondanks lang verweer, ook een tweede pion de doos in gaan. Toen was het wel uit. Einduitslag: een 2,5-1,5 verlies, waar, gelet op de sterkte van de tegenpartij, toch wel mee te leven valt. Je zou het zelfs “hoopvol” mogen noemen, ook al lijkt een “hoopvolle nederlaag” iets contradictorisch te hebben. Niet getreurd, kortom, je speelt niet elke keer tegen een promotiekandidaat …