Vorige week won wit met 3-0, nu werd het ‘maar’ 2-1 (andersom had echter ook gekund). Met zwart viel vooralsnog weinig te rapen: 2 remises, nog geen enkele zege. Intussen is, op één na, iedereen gestart. Vanaf volgende week zal ook de laatste participant zich in de debatten mengen. Gisteren … _LEESMEER_
… werden weer drie partijen gespeeld.
Carlo begon met het koningspaard, iets waar Jan niet meteen op gerekend had. Het was dus even zoeken en aftasten, maar in een 20-tal zetten bleek voor beiden weinig meer te ambiëren dan een puntendeling: ½ – ½.
Benny en Jan zetten een symmetrisch Engels met volledige cavalerie op. Mooi oogt dat alleszins, en gelijk ook, maar van het vervolg, en of het evenwicht blijvend was dan wel verbroken en hersteld heeft ondergetekende weinig of niets gezien. Hoe dan ook, ook hier werd de vrede getekend op een niet ontieglijk laat uur: ½ – ½.
Herman beantwoordde Marts Siciliaanse aanzet met een ongebruikelijke variant, en dat zette zwart alvast aan het denken. Het was of werd wel het soort stelling waar je na a ook werkelijk b moet zeggen, en dus zei Herman b richting de koningsvleugel, met eerst een pionoffer, dat Mart wijselijk niet aannam, en in een nog kritischer fase, een paardoffer. Uiteindelijk, net op het kantelpunt waarop de witte aanval finaal leek dood te lopen, miste Mart een goede voortzetting, de combinatie overziend dat Herman het meteen kon uitmaken: torenofferschaak op h7, waarna geforceerd mat in twee zou volgen: 1-0.
Jan en Jan staan voorlopig samen aan de leiding, met 1,5/2. Al de rest volgt op één of twee haarlengten, zodat wel kan worden gesteld: allen zijn nog steeds geroepen, wie uitverkoren zal worden is op dit moment dik koffiedik kijken.