Hoe zit het nu eigenlijk met die nationaliteit van Sergey Karjakin (foto: Karjakin-dje). Dinsdag hadden we het er, tooghangend met enkele teamgenoten, ook al over, en dus leek het me nuttig om eens wat op te zoeken, al hadden we natuurlijk allemaal gelijk _LEESMEER_over wat we al wisten: voormalig Oekraïens, nu voor de Russische Federatie spelend, pro-Poetin …
Karjakin werd geboren op de Krim, in Simferopol, de hoofdstad van het schiereiland, en bracht daar ook zijn kinderjaren door. De Krim, ooit deel van de Sovjetunie, maar in 1954 door Chroesjtsjov aan Oekraïne geschonken, dat in 1991 onafhankelijk werd, is (zoals iedereen nog zal/moet weten) in 2014 door Rusland, middels enkele doorzichtige schijnmanoeuvers, ‘losgeweekt’ uit Oekraïne en vervolgens ingelijfd bij het voormalige ‘moederland’. Op Wit-Rusland na heeft geen enkel land de annexatie erkend. De bevolking van de Krim is overwegend Russisch(talig), al is daarmee niet alles gezegd, want er is ook een geschiedenis van gedwongen verhuizingen en andere deportaties. Het ligt echter voor de hand om ervan uit te gaan dat Karjakins ouders etnische Russen waren en dus alleen formeel Oekraïner, omdat het gebied nu eenmaal lag in wat op een bepaald moment als Oekraïne onafhankelijk werd. Karjakin heeft overigens nooit Oekraïens geleerd.
Toen zijn schaaktalenten duidelijk werden en hij die alleen elders volop zou kunnen ontwikkelen, verhuisde het gezin Karjakin – een hele stap, want de mensen hadden het niet zo breed – naar Kramnatorsk in de oblast (regio/provincie) Donetsk, in het oosten van Oekraïne, en uitgerekend de regio waar de tendens om zich af te scheuren en (weer) bij Rusland te willen horen het sterkst tot uiting zou komen toen zo’n 15 jaar later ‘de zaak in de fik ging’. In 1999, Karjakin, was nog maar 9, was alles ter plekke nog ‘peis en vree’ (hoewel), maar het is ongetwijfeld nuttig om de streek waar hij terechtkwam even te duiden. Men was (is) er niet bepaald Westers gezind. Hoe oostelijker, hoe pro-Russischer als het ware, en de streek rond de stad Donetsk heeft zich zelfs, tijdens de opstand van pro-Russische “rebellen” tegen “moederstaat” Oekraïne, uitgeroepen tot “Volksrepubliek Donetsk” en vormt samen met een gelijkaardig geval, de “Volksrepubliek Loegansk” in het noorden, de “Unie van Volksrepublieken”, informeel ook wel als “nieuw-Rusland” bestempeld. Deze zelfverklaarde Unie heeft ook de aansluiting gevraagd bij Rusland, maar Poetin heeft er kennelijk meer belang bij om het zaakje te laten sudderen. Kramnatorsk zelf is een tijdje in handen van de rebellen geweest, maar het Oekraïense leger heeft die weer verdreven. De frontlinie ligt nu, op z’n dichtst, zo’n 40 km ten zuidoosten van de stad. Maar dat alles zou Karjakin zelf niet van dichtbij meemaken.
Drie jaar later, toen Mikhail Ponomarev, het hoofd van de schaakschool van Kramnatorsk, overleed en het met de school zelf vervolgens pijlsnel bergaf ging, verhuisde het gezin weer naar Simferopol. Dat was een moeilijke tijd, want hoewel de intussen 12-jarige Karjakin het dan al, als allerjongste ooit, tot grootmeester zou schoppen, was wat hij nodig had om door te groeien nogal beperkt voorradig. Met name in vergelijking met dat andere wonderkind, ene Carlsen, die volop trainers en sponsors had en overal aan alle grote tornooien kon deelnemen, terwijl hijzelf alles uit eigen zak moest betalen en vaak niet kon deelnemen of niet werd uitgenodigd voor toptornooien, zoals Linares, om er maar één te noemen.
De volgende stap zou er komen in 2009, toen Karjakin verkaste naar Moskou, en wellicht meer uit opportuniteit (zie onder) dan om zuiver politieke motieven, ook Russisch staatsburger werd – niet verrekt moeilijk als je van de geannexeerde ergo Russische Krim komt, zou je denken – onder meer dankzij toenmalig president (en nu, in dat onnavolgbaar rondje beurten met baas-boven-baas Vladimir Poetin, weer premier) Dmitry Medvedev. Prompt had hij financiële steun, excellente coaches en wat dies meer zij, en begon hij zijn opmars naar dat ene doel dat voor heel weinigen is weggelegd en dat hij in 2016 ei zo na bereikte: de wereldkroon.
Over die opportuniteit: in een chatsessie begin 2010 op een – leve Google Translate – Russische site (Crestbook Shakhmaty Onlayn, wat exact betekent wat u denkt: … Schaak Online) licht Karjakin zijn keuze voor Moskou/Rusland toe, n.a.v. een drietal vragen waarin, opvallend genoeg, zijn overstap in termen van ‘al dan niet verraad’ aan bod komt. Karjakin zegt er dit over: “Ik ben van nationaliteit veranderd omdat ik wereldkampioen wil worden, en zonder de steun van trainers/coaches krijg ik dat niet voor elkaar. In Oekraïne zie ik niemand die me kan helpen.” (Google Translate, na het obligate stukje opsmuk, hopelijk correct.) Voordien had hij keer op keer om die noodzakelijke steun gevraagd, maar niemand leek ooit te luisteren. Ten einde raad koos hij in 2009 voor een overstap naar Rusland, “niet om te gaan ‘verdienen’, maar omdat ik hier groeivooruitzichten heb.” Hij erkent ook dat hij zich altijd Rus heeft gevoeld. Over Oekraïne zegt hij nog: “Ik voel geen haat of zo. Het is jammer dat de autoriteiten geen atleten ondersteunen (en niet alleen schakers!), maar niets aan te doen. Ik heb veel vrienden in Oekraïne! En degenen die echte vrienden voor me waren, zijn dat ook gebleven! En degenen die het nooit zijn geweest, schreeuwen nu om het hardst: ‘Verraad!’ …”
Een en ander doet vermoeden dat het ex-Oekraïne-element hem in Rusland niet bepaald veel parten zal spelen. Als Krim’er van Russische komaf, die in interviews ook duidelijk heeft te kennen gegeven dat hij maar wat blij is – bij nader inzien is dat ook wel wat begrijpelijk – met de annexatie van zijn geboortestreek, zal hij wel scoren in het Rusland van Poetin, en trouwens ook bij de vele Russen die het weggeven van de Krim aan Oekraïne nooit hebben kunnen begrijpen, laat staan verkroppen (of omgekeerd). Populariteitsgewijs zal zijn WK-kamp met Carlsen, en zijn bijna-overwinning, hem verder ook wel geen windeieren gelegd hebben.
Kortom, officieel ‘Russisch’ grootmeester, maar ook altijd al wel Rus in hart en nieren, ondanks een origine in wat ooit “Oekraïne” heette, maar door veel bewoners nooit als zodanig is aangevoeld. Het lijkt niet zo onzinnig om Karjakin in de eerste plaats als Russisch te kwalificeren, wat ook sinds 2009 zijn officiële status is in de schaakwereld. Persoonlijk, u kent intussen mijn fanschap voor Kramnik en mijn aversie voor de manier waarop hij gewildcard is, als er één Rus is die ik het zou gunnen om nu wereldkampioen te worden, gaat mijn voorkeur eerder uit naar Karjakin dan naar Kramnik (of mogelijk Grischuk), ondanks het feit dat ik zijn Poetingetrouwe gezindte absoluut niet deel (maar ik begrijp ze wel, vanuit zijn afkomst en persoonlijke geschiedenis). Alleen zal Magnus de Onvermijdelijke hem (en wellicht ook de 7 anderen) daar desgevallend weinig tot geen kans toe geven …
PS Helaas te klein (en dus onleesbaar, mocht u al vertrouwd zijn met de Russische lettertjes) om hierbij te voegen: een foto van het officiële document van 25 juli 2009, waarop zo ongeveer staat dat “[Ondergetekende,] President van de Russische Federatie, [hierbij] de Russische nationaliteit toekent aan Sergey Alexandrovitsj Karjakin, geboren en woonachtig in Oekraïne”, gevolgd door de naam en handtekening van toenmalig president Dmitry Medvedev.
Ik kan mij goed vinden in de keuze van Kramnik voor de wildcard. Heeft een enorme staat van dienst, heeft gelijk gespeeld met Carlsen in een Londons kwalificatietornooi dat de uitdager van Anand moest bepalen (van enkele Jaren terug), is nog steeds een top 5-10 speler .. over dat handvol punten dat de wereldtop steeds scheidt in wisselende posities kan je geen besluiten trekken over spelersterkte m.i.
Pleit ook voor Kramnik: wilde vorig jaar met gelijk wie dat vroeg op de foto tijdens de London Chess Classic (nee niet met mij, ik laat die mensen liever wat sneller naar hun hotel gaan 🙂 ) en vooral ben ik het ook eens met een commentaar op chess24: ‘In some ways it’s also righting a historic wrong, since Vladimir Kramnik was world no. 2 at the time of the 2016 Candidates Tournament in Moscow, but wasn’t given the wild card spot since Armenian investors supported the event in return for Levon Aronian’s participation.’
Sorry Herman 🙂
Geen probleem, Gert, maar tegelijk geef ik wat tegengas. 🙂
Wat chess24 toen zei, klopte in se wel, maar gaf ook een vertekend beeld: Kramnik was nummer 2 toen het kandidatentornooi plaatsvond, in maart 2016, maar de wild card werd uitgedeeld begin november 2015, toen hij net van 9 naar 4 was gegaan (toegegeven, Aronian was en bleef 7de). Verder wordt in discussies over ‘rating’-vergelijkingen zelden of nooit gekeken naar het aantal partijen dat een speler heeft gespeeld, wat van invloed kan zijn op z’n rating. Zo heeft Kramnik in 2015 slechts 51 partijen gespeeld (met 6 nulmaanden: geen enkele partij) tegen Aronian 77 (4 nulmaanden). Op die manier kan een rating kunstmatig hoog uitvallen (gehouden worden): je behoudt immers de rating die je de vorige maand had. Misschien dat dat effect niet zo speelde in 2015, maar alleszins wel nu: Kramnik begon 2017 met 2811, speelde dan 4 maanden (waarin zowat iedereen achteruitging) niet, ging dan in 3 maanden 8 punten achteruit en dook vervolgens de diepte in, waarbij zijn slechtste score pas een maand later werd verrekend, waardoor die schade ook nog werd beperkt. Het is duidelijk dat zijn rating over 2017 voor een stuk ‘gevleider’ is dan zijn prestaties doen vermoeden. Anderen, ik heb het even gecheckt, hebben soms meer bewezen (ervoor gespeeld) maar vallen mogelijk uit de boot (is dat x keren een ‘wrong’ die een volgende keer ‘right’ moet worden gemaakt?): MVL, gemiddeld 2797, heeft liefst 89 partijen achter de rug, met slechts 3 nulmaanden, en was het hele jaar bijzonder stabiel; Mamedyarov, gemiddeld 2786, ‘slechts’ 51 partijen, 6 nulmaanden, maar bijna uitsluitend progressie, van 2766 in januari naar 2799 in november (en plus 2800 in december?); Radjabov, gemiddeld 2725, amper 31 partijen, liefst 9 nulmaanden, maar van 2710 maar 2741; Grischuk, gemiddeld 2765, 60 partijen, 5 nulmaanden, van 2742 maar 2782. Misschien dat Radjabov hier wat uit de toon valt, maar de drie anderen hebben allemaal iets wat Kramnik niet heeft. En omgekeerd: de wild card … 🙂
Nog dit. Dat Kramnik een toffe pee is die met gelijk wie het vraagt op de foto wil, mooi, maar hoe sympathiek we dat ook vinden, het is niet echt een criterium, toch? Anders kom ik ook in aanmerking voor het kandidatentornooi: ik wil ook altijd grááááág met iedereen op de foto! (Maar geen kip die het vraagt …)