20/03/11 Brasschaat 4 – SKOG 4 6-10
Bord 1 Wit: Harry Szöke (1632) – Zwart: Jan Viane (1835) 1-3
Dit keer was een andere Jan “depanneur” van dienst en andermaal met een succes resultaat. Volgens mij is Jan nooit in de problemen gekomen en behaalde hij een verdiende overwinning. In een pionneneindspel met 3 plus pionnen en een loper voor zwart tegen een paard en enkele pionnen voor wit, was overleven voor deze laatste onmogelijk. Wit werd professioneel geliquideerd. Jef.
Bord 2 Zwart: Jan De Cap(1473) – Wit: Jef De Meyer (1662) 3-1
Niet plezant als enige verliezer naar huis te moeten. Ik had het maar moeten afmaken. Na de opening had ik wel een dubbel pion maar ruimvoldoende aanvalscompensatie. Ik gaf nog een pion cadeau om de onveilig geposteerde koning te kunnen bestoken. Maar dan, door een te vlug gespeelde dame zet van wit kon zwart aansturen op verplichte dame ruil. Daardoor bleef ik achter met een slechte pionstelling en een pion minder en… weg aanval. Het was verder maar wat aanmodderen en hopen op een fout van mijn tegenstander. Helaas de fout kwam er niet. Inpakken en wegwezen. Jef.
Bord 3 Wit: Cesar De Cock (1345) – Zwart: De Block Gert (1652) 1-3
Ik moest tegen een tegenstander die ik al kende van het Lost Boys. Zijn licht ontvlambare ploeggenoot hoorde ik toen tegen een puber snauwen (na verlies) : ‘Gij denkt zeker dat ge Kasparov zijt !’ Maar deze partij werd een zeer gemoedelijk treffen; de klok werd niet gestart omdat mijn tegenstander er nog niet was en, eenmaal toch aangekomen, hij drankjes wilde gaan halen. Het is een fenomeen ; schakers die pas een partij als gestart beschouwen als er drank op de tafel staat. De eerste klok werd dan ook pas ingedrukt om 14:11 reële tijd. Onreglementair but ça me sera saucisse. De krasse tachtiger liet een Benkö toe (weet die dan niet hoe gevreesd ik daarmee ben?) maar mistastte algauw. Van zet 15 t/m 25 (mat) was het pompen of verzuipen voor de man. Een fout in de opening maakte hij waarna ik begerig in het gat dook en een uurtje nadien het volle punt kon opstrijken.
Bord 4 Zwart: Wit: Frans Wouters (1338) – Johan Meyvaert (1151) 1-3 Omdat het “stralend” weer was (hopelijk figuurlijk…), besloot ik voor ’t eerst dit jaar mijn scooter van stal te halen om naar Brasschaat te komen. Ik was volop aan het zoeken naar de (refter)lokalen van de G.B. toen ik de weg vroeg en iemand gelukkig informeerde of ik niet G.I.B. bedoelde. Anders was deze uitstap waarschijnlijk geëindigd op forfait. Maar in tegenstelling tot mijn laatste partij, eergisteren, toen ik erachter kwam dat ’n leesbrilletje dragen niet helpt om te winnen, bleek deze strategie meer succes te hebben; namelijk 20 minuten te laat komen en dan ook nog ‘ns 10 min. rustig nadenken per openingszet. Daardoor word de tegenstander licht versuft en schijnbaar ook wat nonchalant omdat hij onbewust zit te denken dat ik toch door mijn tijd zal gaan en daardoor ook slordig en te snel zal willen schaken. En zo geschiedde dus dat deze jongen óók nog eens mocht winnen. Vraag me niet hoe. Mijn tegenspeler was me nadien aan het uitleggen dat hij ook graag die “tactiek met die paarden” speelt… tot mijn eigen verbazing! Maar swat, t’ resultaat was o.k. en het was weer ’n leuke 5 uur durende “zondagnamiddagvuller”. Johan.
PS: We hebben nog een waterkans om te promoveren via een beste 2de (3 plaatsen vacant), maar dan moeten er echt mirakels gebeuren tijdens de laatste speeldag. Wij zijn uiteraard verplicht om te winnen. De 2de plaats in onze reeks kan ons niet meer ontsnappen.