Ik twijfel nog of ik dat volgnummer na de titel bedoel als “het (zoveelste) verslag” of als “de (zoveelste) partij”. Voorlopig komt het nog overeen, we zien verder wel. Kort, en dus maar eens zonder beeldmateriaal, de 2de partij van het dames-WK. _LEESMEER_
Ju opende met de koningspion – niet bepaald haar gewoonte – en ging de Spaanse toer op, Goryachkina antwoordde met de Open variant van de Berlijnse verdediging, wat ze maar zelden speelt (een keer of zes tussen 2014 en 2016), en Ju al helemaal niet. Wat volgt, is bekend, zij het dat Ju op zet 10 de toren, betrokken in de paardruil op e5, naar e2 terugtrok i.p.v. e1, wat minder frequent is. Ik herinnerde me dat 10. Te2 (en die herinnering bleek nog te kloppen ook) van de WK-kamp Carlsen–Karjakin, 3de partij 2016, waar het enige wenkbrauwen deed fronsen, maar een nieuwtje was het niet: het werd geïntroduceerd op de Tsjigorin Memorial 2012 door de Russische GM Matinian en was begin 2016 ook al eens gespeeld door Kasimdzhanov, u weet wel, oud-FIDE-wereldkampioen en nu secondant van Caruana. Intussen zijn er nog een 15-tal voorbeelden bijgekomen (ook van diverse groten), laatst Fedoseev–Kramnik, Tata Steel vorig jaar.
Goryachkina volgde die partij met Kramniks 10…Pc4 (meestal volgt 10…b6), maar week dan af met 12…c6 (Kramnik speelde meteen 12…d5 en won ook, zij het veel later, na 69 zetten, en niet per se vanwege die 12de zet). Beide kanten zorgden vervolgens voor een duidelijke voet aan de grond in het centrum, de grote ruil werd ingezet en deze keer ontstond er een eindspel van (torens en pionnen en) paard tegen paard. Materieel en ruimtelijk stond het helemaal gelijk en vanaf de 30ste zet zei de digitale betweter in alle toonaarden alleen nog maar 0.00. Weer remise dus, beklonken op de 40ste zet (ergo: door herhaling van zetten, want “overeenkomen” mag pas ná de 40ste zet), maar Goryachkina had het een stuk makkelijker vandaag dan Ju gisteren. Belooft dat?