Tegen een iets sterkere ploeg vier remises halen, dat is op zich geen slecht resultaat. Op het ene bord werd er wel wat langer voor gevochten dan op het andere. Rudi was op bord drie als eerste klaar. In een gelijk opgaande partij werden al snel veel stukken geruild, met een snelle remise tot resultaat. Op bord één kende Tobias‘ tegenstander de opening niet. Hij gebruikte zeer veel tijd, maar vond uiteindelijk altijd nog net een zet om de stelling gelijk te houden. Ook hier gingen er dan een hoop stukken af, ondermeer de slechte loper van zwart, met remise tot gevolg.
Carlo, op bord vier, speelde een solide Caro-Kann waaring wit de witte lopers niet afruilde. In de partij leek er niet veel spectaculairs te gebeuren—in tegenstelling tot bij de analyse achteraf—en ook hier werd het remise. Op bord twee leek Wout lange tijd beter te staan. Hij kon de witte stelling binnenvallen en de koning die in het midden gebleven was opjagen. Echter, toen de dames geruild werden bleek er ook hier niet veel meer de beleven.