Dat hing er, en de gezonde dosis spektakel op de borden was daar niet vreemd aan. Drie partijen werden betwist, maar aangezien uw dienaar iets te laat een eerste blik ging werpen, waren niet alle details van hoe die betwisting zich had ontvouwd zonder meer duidelijk. Op het eerste gezicht leek er niets uit de schaakvingers te zijn gekomen dat je meteen kon thuisbrengen in een of ander hoofstuk van je ganse openingenbibliotheek. Dat bleek nadien gelukkig mee te vallen. Er zijn nog zekerheden. _LEESMEER_
Paul en Guy speelden iets dat vagelijk deed denken aan wat ze wel eens meer spelen, maar ook niet helemaal. Na drie zetten kon het qua openingkeuze nog alle kanten uit, maar er stond wel een damepiongeval (leest u dat goed?) op het bord. Daarin wist Paul het betere van spel te verkrijgen, maar hij kon er verder geen beslissend voordeel uit puren: remise.
JanV kreeg een Siciliaan van Gert, een soort versnelde draak (niet Gert, maar die Siciliaan), maar verslikte zich al na luttele zetten in de zwarte fianchettoloper, die doodleuk insloeg op b2 en vervolgens de toren oppeuzelde. Dat bracht de witte dame op a1, waar ze ook heel lang zou blijven staan, maar ter compensatie kon Jan snel ontwikkelen en een langdurig initiatief ontplooien. Gert zou zich uiteindelijk niet weten te bevrijden uit de langzaam verstikkende omknelling, maar het leverde wel een mooi, boeiend en zenuwslopend schouwspel op: 1-0, en een witte zucht van verlichting.
Mart en Patrick bleken het te zoeken in een Slavisch Noteboompje, wat resulteerde in ver opgeschoven en deels vrije centrumpionnen voor wit en lekker opgerukte a- en b-vrijpionnen voor zwart. Vooral dat laatste zag er niet slecht uit, maar het eerste gezicht en schijn kunnen bedriegen. Uiteindelijk bleek Mart het tweekoppige zwarte heir tot staan te kunnen brengen en vervolgens in rook (of zo u wil, gezonde lucht) te doen opgaan, en niet veel later waren de witte dreigingen zo ernstig dat er ook nog een toren sneuvelde. Patrick begreep snel dat alle verdere tegenstand futiel was en berustte in het onvermijdelijke: 1-0.
Achteraan is het dus enkel Paul die een halfje opschuift richting middenmoot (maar nog altijd wel een kloof van anderhalf punt te overbruggen heeft). Centraal doet Guy dat, om bij Carlo en de top aan te sluiten, maar wel met nog slechts twee partijen te gaan (de rest heeft meestal nog eens zoveel te goed). Last but not least: vooraan (heeft u ‘m?) houdt Mart gelijke tred, weliswaar met twee pluspartijen, met JanV, die zelf (niet zonder een vleugje drama) op koers blijft voor het begeerde einddoel. En dan is het clásico time: in de komende weken mogen hij en Carlo het twee keer onder elkaar aflappen. Virtueel staan ze gelijk, maar wie in die dubbele clash het laken afdoende naar zich toe kan trekken, heeft de titel in zicht. Komen ze er niet uit, dan komt het Mart misschien wél goed uit. Het lijkt alleszins wel zeker dat de strijd om de titel nog uitsluitend tussen deze drie pretendenten kan gaan.